Beschrijving
Knolkervel (Chaerophyllum bulbosum) is een echte vergeten groente. Tot in de 19e eeuw werd hij in Europa nog volop gegeten, maar ondertussen kent niemand deze groente nog. En dat is jammer, want deze wortel heeft een heerlijk subtiele nootachtige smaak.
De officiƫle naam van knolkervel is eigenlijk knolribzaad, want met kervel heeft deze groente weinig te maken. De naam komt van de (licht giftige!) bladeren die wat lijken op kervel.
Knolkervel zaai je laat op het jaar, wanneer er nog kans is op vorst. Het zaad moet namelijk eerst een periode vorst meemaken om goed te kunnen kiemen. En dan nog is het geen makkelijke kiemer. Zaai de zaadjes dus goed dicht op elkaar en geef voldoende water. Wanneer er in het voorjaar toch meer kiemen dan verwacht kan je altijd nog uitdunnen.
De oogst gebeurt doorgaans in de zomermaanden, maar je kan ook wachten met oogsten tot er een eerste nachtvorst is opgetreden, dan smaken de wortels beter. Let wel op, tegen dan kunnen de muizen er al mee weg zijn!
Tips voor een geslaagde oogst
- Als alternatief voor het zaaien in het najaar kan je ook in het voorjaar in potjes zaaien en deze enkele dagen in de diepvriezer plaatsen. Zo krijgen ze ook hun koude-behandeling nodig om te kiemen.
- Let er op dat de bodem nooit uitdroogt. Knolkervel houdt van een goed vochtige, bijna natte bodem.
- Bewaar de knollen na het oogsten een paar weken in de ijskast. Dan komen de suikers vrij uit de knollen en smaken ze op hun best.